9 februari 2020.. 11 jaar geleden verliet jij het leven. 11 jaar geleden verdween je plotsklaps uit mijn fysieke leven, zomaar, leek toen, de man die ik intens lief had was niet meer. Je was op de reis van je leven, waar je zoveel liefde vond, ik hoorde het in je stem als we elkaar spraken. Je vertelde mij dat je met dolfijnen ging zwemmen. Ik geloof ten diepste dat dit je plan was, en dat enkel je gevoel voor vrijheid en ons gezamenlijk zielenplan, geheel onbewust het bord volgde waarop stond geschreven: ‘Seeing New Zealand from above? Come and make a flight with us..’. Deze vlucht werd je laatste in een fysiek lijf op deze aarde. Het geeft mij troost dat ik weet hoe intens gelukkig je klonk die ochtend, een beter gevoel om de overstap te maken naar de andere wereld kan ik mij niet voorstellen.
9 februari 2009, dat was de dag. 09-02-2009, vanaf het begin vond ik het een speciale dag. Een mooi getal. 9+2= 11. 11:11. Engelengetal, in tweevoud. De 11 voelde speciaal. Vandaag de dag weet ik waarom.
9 februari 2020, 11 jaar geleden dat je ging. En voor de eerste keer in al die 11 jaar durf ik te zeggen dat ik er weer ben. Volledig. Met heel mijn hart. Een open hart. Een hart dat weet hoe lief te hebben, wat het betekent om onvoorwaardelijk lief te hebben, een hart dat dat heeft geleerd dat het volledig liefhebben van het leven alles waard is, zelfs de allesverwoestende dood.
10 seconde nadat ik hoorde van je dood wist ik al: Nu is alles weg. Ik vond mijzelf op de grond, zelfs mijn benen verloren hun kracht. Langzaam stond ik op, mijn oren suisde, de waas in mijn hoofd onderdrukte de grootste pijn, de paniek. Ik belde mijn ouders, mijn beste vriendinnen. Onderweg naar zijn ouderlijk huis, begon mijn leven zonder hem.
Alles voelde echter logisch voor mij. Vooral zijn dood. Zijn dood daar aan de andere kant van de wereld. Waar hij liefde vond. Zijn ziel was klaar. Ik was dankbaar dat ik er voor hem mocht zijn, dat hij mij koos om dit samen mee te doen. Ik was er voor hem. Ik voelde zijn ziel naast mij als een diepe steun, heel de dag. Ik waakte bij zijn lichaam, 4 dagen en nachten lang bleef ik aan zijn zij. Ik sprak als laatste tot hem, ik voelde me gebroken en trots tegelijk. Ik gaf hem in zijn handen mee, dat onze liefde voor altijd in vrijheid verbonden zou zijn.
Mensen vertelden mij hoe verschrikkelijk dit was voor mij. Ik keek soms naar de sterren, en dacht aan de tijd, dat de leegte voorbij zou zijn. Dat ik weer lief zou kunnen hebben, met iemand anders gelukkig kon zijn. Als de eerste 5 jaar maar eens voorbij zouden zijn. Hoe zou dat zijn? Wetende dat je nooit meer samen met je grote liefde zou zijn? En zouden er meer zijn, van die grote liefdes zoals hij?
11 jaar lang, dacht ik elk jaar weer, dat ik weer mijzelf was, al had ik geen idee, wie of wat ik dan eigenlijk was.
In 11 jaar tijd heb ik lief gehad, en mooie mensen ontmoet op mijn pad. Heb ik me veilig gevoeld en geliefd. Weet ik dat iedereen om mij heen zag wie ik was. Al zag ik het niet, weet ik nu, ik deed maar wat.
11 jaar geleden veranderde mijn weg. Mijn leven werd plotsklaps een leven gedomineerd door het ‘verlies van’. De rouw overschaduwde alles. De klap was zo groot, dat er niks meer over was van wie ik 10 seconden daarvoor was. Alles was weg. Mijn dromen, mijn overtuigingen, mijn aannames, mijn gedrag, mijn persoonlijkheid, mijn ego, en ja, zelfs mijn ziel. Mijn lichaam liep, at en dronk. Stond in de winkel, praatte, werkte, verzorgde. Alleen en leeg. Ik herinner mij dat ik snakte naar stilte. Diepe stilte, om te voelen wat er nog wel was. Als vanzelf volgde ik een 10-daagse Vipassana meditatie, daar voelde ik wat er nog was. Een diepe krater, midden in mijn hoofd, een gat, een leegte zo diep. Ik besefte toen dat het bouwen van een brug niet genoeg is om alles weer aan elkaar te verbinden. De opdracht was om de krater van onderaf weer te vullen, maar hoe? Mijn lichaam met alles wat over was van mijn hoofd ging op zoek.
Ik startte met acupunctuur, waardoor ik huilde voor een jaar. Het gaf mijn hoofd de ruimte om de aandacht te vragen die het zocht. Ik besefte dat ik aan de slag moest, dat ik toe was aan psychotherapie. De confrontatie met de waarheid in mijn hoofd. Maar echt aankijken deed ik de rouw niet. Doen alsof hield me op de been.
Ik vluchtte en rende weg in gehaast. De druk en de drukte. Het leven van alledag. Tot ook deze weg doodliep, in een moeheid die ongelooflijk was. De burn-out hield me anderhalf jaar in haar macht. Het was toen, dat ik ging luisteren naar mijn lijf. Het fysieke. Stop met suiker, eet gezond, zorg goed voor jezelf. Spiritueel groeide ik in mijn zijn. Sjamanisme, de cursus van wonderen, de Maya’s, Eckhardt Tolle, mijn wijs paard. De maan gaf mij haar energie, kaartjes leggen bepaalde mijn gevoel. Ondertussen dreven de jaren voorbij waarin ik langzaam weer leerde hoe het is om mij te zijn.
De leergang Dienend leiderschap in 2016 bleek een gouden zet. Het leerde mij dat mijn sensitieve kant en mijn rationele kant samen mogen zijn. Sterker nog, dat echt leiderschap vraagt om een combinatie van die twee. Eindelijk werd alles duidelijk, dat ik met alles in mij er mag zijn. Ik ontdekte mijn waardes: Liefde, respect en vrijheid. Deze waardes verklaarde voor mij mijn gedrag, mijn pijn, mijn onbegrip voor de maatschappij die ik zag om mij heen.
Ik besefte aan het eind van de leergang dat de donkerte in mij, langzaam plaats maakte voor meer licht in mijn zijn. Ik leerde te vertrouwen, dat alles goed zou komen, en het precies zou gaan zoals t moet zijn. Ik vertrouwde maar dat de moeheid en de grote angst om weer te gaan leven, bang om weer te verliezen, zouden gaan.
In 2017 liet ik mijn leven dat ik leefde weer gaan. Wat ik meenam naar mijn volgende fase waren mijn allerliefste paard en trouwe hond. Geen baan, geen inkomen, geen huis. Ik leerde dat als je alles loslaat, het universum voor je zorgt. Ik stapte in de volgende trein, en startte mijn weg samen met de paarden. The Medicine Horse Way. Een droom waarvan ik altijd dacht, dat deze onbereikbaar zou zijn. Maar ik stapte in en ontdekte mijn emoties, als verbinder, als lijm, als de boodschappers van de ziel, diep in mij.
En het was in deze tijd dat ik het zag. Hoe de rouw mij neersloeg, mij onderdrukte met al zijn macht. Ik zag de diepe depressie, ja zelfs het stuk dood in mij.
Ik voelde hoe ik alles liet gaan, behalve hem. Hoe hij om mij heenhing als een last, voor hem én voor mij. Hoe ik niet meer kon voelen, de liefde die er was. Hoe er geen liefde was voor mijzelf, geen waarde, geen noodzaak meer om hier op aarde te zijn. Het diepe gevecht over wie ik wil zijn, en hoe ik mijzelf überhaupt kon zijn, in onze maatschappij vol nepheid en conformatie aan hoe het MOET zijn.
Ik liet hem los, met hulp van een vriend. Bewust verbrak ik onze koorden, die ons verstikte en onderdrukte. En gelijk toen ik hem liet gaan, voelde ik het stromen door mijn lijf, de onvoorwaardelijke liefde waarvan ik toen opeens besefte dat die er voor altijd zal zijn.
Dankbaar en vol goede moed liep ik verder op mijn pad. Kwetsbaarheid werd mijn Kompas. Langzaam werd het leven weer leuk, en zag ik het spel. De dualiteit is de spelregel, jij bepaalt zelf je volgende stap. Via een medium zei hij ooit tegen mij: Kies je voor het leven, of kies je voor de dood? Iedereen heeft een eigen keus. Het medium eindigde met zijn woorden aan mij:
Leef, laat los en vlieg uit..
Nu sta ik hier, 11 jaar verder. Ik zorgde voor mijn lijf, mijn geest, mijn emoties, mijn spiritualiteit. Deze 4 vulde de krater. De balans tussen deze 4 is het leven. Het leven is een cadeau. Op aarde komen als ziel is wat we moeten doen. Alles wat we meemaken, elke ervaring, is weer een nieuwe kans om te groeien in de liefde die we zijn. Zonder zijn dood was ik nu niet geweest waar ik nu ben. Ik voel de diepe vrijheid om te zijn wie ik ben en leef elke dag weer het licht en de liefde waarvan ik weet dat ik die diep van binnen ben.
Vanuit de grond van mijn hart dank ik je mijn lief, om diegene te zijn in mijn leven, die mij leerde, wat onvoorwaardelijke liefde is.